Inleiding door Josse Goffin
Volgens de etymologie is een ontdekkingsreiziger iemand die door een onbekend land reist en er verslag van uitbrengt. Als we alleen naar de recente westerse wereld kijken, zou Max tot het selecte clubje behoren waartoe ook Marco Polo, Christopher Columbus, James Cook, Livingstone en Stanley, Robert Peary, Charles Lindbergh, Amelia Earhart, Edmund Hillary, Yuri Gagarin, Neil Armstrong en Buzz Aldrin behoren. Elk van deze legendes wordt gekenmerkt door de paradox van het combineren van een onredelijke droom met het meest geavanceerde rentmeesterschap. Geen enkele exploratie is mogelijk zonder planning en de medewerking van een heel team, en zelfs de steun van een hele natie.
Tenzij we het woord opvatten in een moderne, metaforische betekenis, zoals het verkennen van de geneugten van de keuken of de zintuigen, of nog prozaïscher, het verkennen van supermarktfolders of de Ikea-catalogus. Max the Explorer getuigt van dit tijdperk van devaluatie van de betekenis van woorden. Dit wordt bevestigd door de naam zelf 'Max', een verkleinwoord van Maxime of Maximilien, afgeleid van 'maximus', de overtreffende trap van 'magnus', het grootste, de zes letters en lettergrepen van een dicht collectief beeld gereduceerd tot de drie kleine letters van de liefkozende voornaam. Max zou zo de moderne intuïtie zijn van een taal die beheerst wordt door apocopie, die snel wil gaan en een maximum suggereert in een minimum aan tekens. Max the Explorer weerspiegelt ook deze hedendaagse herdefiniëring van het gebruik van woorden en tekens.
Perscontacten
edouard.cambier@seedfactory.be
frederique.gibon@seedfactory.be